Om een samenwerking in beweging te krijgen en te houden heb je grip, samenhang en lerend vermogen nodig.
Ik ben een nieuwsgierige reiziger en verlaat daarbij graag de gebaande paden. Trailrunnen, bergwandelen of met een 4WD door de outback van Australië rijden. Maar als je onder winterse omstandigheden een steile berg op wil rijden, heb je ondanks een prima auto toch niet altijd voldoende grip.
Als het over samenwerkingen gaat hoor je meestal dat de meest remmende factor in een samenwerking bepalend is voor het uiteindelijke succes van de samenwerking, of te wel: “de keten is zo sterk als de zwakste schakel”.
De uitdagingen waar de woningcorporatie voor staat vragen een middel om bij te dragen aan het oplossen van maatschappelijke woon- en vastgoedvraagstukken. RGS is één van de toe te passen middelen om het onderhoud betaalbaar en beheersbaar te houden en te zorgen voor de beschikbare kennis en “handjes” binnen de keten.
Als Vastgoedonderhoudsbedrijf (VGO) zijn wij al jaren bezig met RGS. Maar raar genoeg zijn de uitdagingen en werkwijze van de corporatie vaak nog onontgonnen gebied. Wat kun je beter doen als je je hierin wilt verdiepen dan samen met een opdrachtgever op reis te gaan. De “S” in RGS begint met samen leren en daarom ben ik met Wouter van der Kamp van Domijn begonnen aan de Leergang Vastgoedregisseur van HabiTask.
Voor de praktijkopdracht van de leergang heb ik samen met Wouter de RGS samenwerking van Domijn en Exterio Vastgoedpartners onderzocht. Hierbij is gekeken naar deelvragen met betrekking tot de onderwerpen Uniform proces, Uitbreiding portefeuille en Doorontwikkeling qua scope. Exterio is als coöperatie een uniek samenwerkingsverband van onderhoudsbedrijven waarvan Hemink één van de vijf leden is.
Hoofdvraag praktijkonderzoek:
“Hoe kan de samenwerking doorontwikkeld worden binnen het vastgoedmodel Vastgoedmanager, zodanig dat er een verschuiving gerealiseerd wordt van RGS projectgebonden van de gevel in de richting van RGS integraal voor de gehele schil?”
De lineaire benadering van een ketting met schakels dekt de lading van de RGS samenwerking niet. Hier kwamen wij tijdens het onderzoek achter.
Het succes van een samenwerking wordt niet bepaald door het ontbreken van zwakke schakels maar door het aanwezige kennisniveau binnen de samenwerking en de vakvolwassenheid van de deelnemende partijen en de afzonderlijke deelnemers. De vakvolwassenheid is een combinatie van “Grip op werkwijze & samenhang” en “Lerend vermogen”.
Maar wat heeft dit nu dan met een sneeuwketting te maken?
Wij zien de samenwerking als een autoband. Om grip tijdens alle omstandigheden te houden en de samenhang binnen de samenwerking te waarborgen is de band voorzien van een sneeuwketting. Deze is opgebouwd uit twee ketens met daartussen een aantal dwarsverbanden. Hierbij staat de ene keten voor de opdrachtgever en de andere voor de opdrachtnemer(s). Elke keten is opgebouwd uit eigen deelnemers, samenhang, structuur, maar ook cultuur. De dwarsverbanden zorgen voor grip, structuur, samenhang en balans tussen spelregels en ruimte voor expertise van de vastgoedprofessionals binnen de samenwerkingsprocessen. Als er sprake is van continu verbeteren ontstaan steeds meer verbanden tussen de dwarsverbanden en daarmee ook in extremere omstandigheden de juiste grip.
Daarnaast is een samenwerking met een hoog lerend vermogen juist blij met zwakke schakels. Elke zwakke schakel biedt de kans voor een extra verband en dus meer grip. Daarnaast ontstaat door het oplossen van een zwakke schakel een nieuwe zwakste schakel!
De opdrachtgever vertegenwoordigt binnen de sneeuwketting meestal de ” stugge” keten. Bij (nieuwe) samenwerkingen vinden binnen deze organisatie vaak de grootste veranderingen plaats op het gebied van taken, rollen en competenties. Oude patronen en gedrag, vooroordelen, gescheiden onderhoudskolommen en het ontbreken van vertrouwen kunnen dan het ontstaan van de benodigde dwarsverbanden in de weg staan.
De opdrachtnemer vertegenwoordigt meestal de “flexibele” ketting. Dit zijn vaak VGO-bedrijven die al meerdere jaren in verschillende samenstellingen met concullega’s in RGS-samenwerkingen actief zijn.
De samenwerkingspartner, met de juiste ervaring en competenties, die deze flexibiliteit inzet om samen met de opdrachtgever de transitie maken van Vastgoedingenieur naar Vastgoedmanager is in staat om taken van het propertymanagement over te nemen en een adviserende rol naar assetmanagement te vervullen.
Als de samenwerkingspartner zijn keten vormt naar de “stugge” keten van de opdrachtgever is er sprake van een partner met een VGO-keur die fungeert als capaciteitsleverancier. Dit past bij het vastgoedbusinessmodel Vastgoedingenieur. Het is dan maar de vraag of samen de gevraagde transitie en daarmee het succes van de beoogde samenwerking wordt bereikt.
Het mooie van reizen buiten de gebaande paden is dat je nooit weet wat je tegenkomt. Achter elke bocht of berg zullen er nieuwe uitdagingen opdoemen. Zoals Darwin zei: “Het zijn niet de sterkste van een soort die overleven en ook niet de intelligentste. Het zijn degene die zich het best op veranderingen aanpassen”. Kennis kun je vergroten door het lezen of bekijken van YouTube filmpjes. Dit zijn vaak ervaringen van succesvolle personen in extremere omstandigheden. In combinatie met eigen opgedane ervaring ben je steeds beter voorbereid op deze nieuwe situaties en klaar voor het avontuur.
Voor samenwerken geldt hetzelfde. Om het best op veranderingen te kunnen anticiperen moet je samen aan de slag. Vanuit een duidelijke en reële visie van de corporatie met de juiste en ervaren VGO partijen werken aan grip, samenhang en lerend vermogen.
Ons advies:
Begin met samen leren, samen onderzoeken, samen ontdekken, samen fouten maken en samen veranderen. Duidelijk zijn over persoonlijke relaties, samenwerkingsafspraken, belangen en gelijkwaardigheid is de basis voor een gedeelde ambitie voor de samenwerking.
Want zonder “S” geen sneeuwketting en geen succesvolle RGS samenwerking.
Geschreven door: Bart Steenbergen
Hemink Groep
Email: b.steenbergen@heminkgroep.nl
Mobiel: 06-83168687